ACTUEEL

Advocaat Stijn Verbist na plasincident: ‘Een minister van Justitie moet respect kunnen afdwingen’ – De Tijd

Op basis van wat we nu weten, zijn minimale fatsoensnormen en eisen van geloofwaardigheid geschonden, schrijft advocaat Stijn Verbist over het plasincident op een feest van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne. Dat valt niet te verzoenen met behoorlijk leiderschap.

In het tuchtrecht geldt de regel dat normen strenger gelden voor wie een leidinggevende functie opneemt, zoals de korpschef van magistraten, de stafhouder van advocaten of het diensthoofd van ambtenaren. Zij hebben een voorbeeldfunctie en ze oordelen ook over hun collega’s.

Dezelfde voorbeeldfunctie geldt voor elke leidster en leider in de jeugdbeweging, elke bedrijfsleider, elke sporttrainer, elke leerkracht in het onderwijs. Werkgevers zoeken naarstig naar betrouwbaar personeel. Het onderwijs kampt met een zorgwekkend tekort aan leerkrachten. Van de leerkrachten die er zijn, raakt een groot deel ontmoedigd en uitgeput. Het spreekt voor zich dat een bredere maatschappelijke context van normloosheid daar geen goed aan doet.

Wie maatschappelijk leiderschap opneemt, zoals een minister, heeft een voorbeeldfunctie voor de hele bevolking. Je hoeft het niet met alle ministers eens te zijn, maar van alle ministers kan wel verwacht worden dat ze zich min of meer fatsoenlijk en correct gedragen.

Het volk heeft recht op leiderschap dat waardigheid uitstraalt. Niet zozeer in de zin van de koningen uit het ancien régime, maar wel met minimale fatsoensnormen.

Politici hoeven geen heiligen te zijn. De menselijkheid en imperfectie van politici aanvaarden zou het voor iedereen veel gemakkelijker maken. Maar in zo’n belangrijke functie moet je er toch blijk van geven dat je min of meer bent opgevoed. En enige maturiteit vertonen. Fatsoen is uiteraard iets anders dan intelligentie, vermogen tot politiek opportunisme of strategisch inzicht. 

Minimum aan respect

Justitie is een van de allerbelangrijkste overheidsdiensten in een democratische rechtsstaat. We zijn intussen ongevoelig geworden voor de berichten dat het parket talloze zaken niet meer vervolgt en de rechtbank talloze zaken niet meer behandelt wegens een gebrek aan personeel. Beseffen we eigenlijk wel welke gevolgen dat heeft voor individuele slachtoffers? Is er nog niet genoeg gebeurd om de ogen te openen?

Dag in dag uit zetten duizenden onderzoekers, politieagenten, griffiers, justitie-assistenten, rechters, parketmagistraten, korpschefs, advocaten… zich in om onze rechtsstaat gestalte te geven. Ze hoeven niet op een voetstuk te worden geplaatst, maar verdienen wel een minimum aan respect.

Een minister van Justitie moet respect kunnen afdwingen en zijn collega’s ervan kunnen overtuigen de nodige middelen vrij te maken. Hij of zij moet jonge mensen ervan overtuigen rechten te gaan studeren en een taak op te nemen in dat grote systeem dat de rechtsstaat is.

Het beeld dat nu is ontstaan in de media laat eenvoudigweg niet toe dat de huidige minister van Justitie, Vincent Van Quickenborne (Open VLD), die hyperbelangrijke verantwoordelijkheden nog kan opnemen. Het is perfect mogelijk te onderzoeken wat wel of niet gebeurd is op zijn verjaardagsfeest, maar op basis van wat we nu al met zekerheid weten, zijn bij het plasincident minimale fatsoensnormen en eisen van geloofwaardigheid geschonden.

Een bevolking heeft recht op behoorlijk leiderschap. Dat behoorlijk leiderschap ontbreekt vandaag. De rechtstreekse en onrechtstreekse schade die dat met zich meebrengt, valt niet te begroten.

Deel via